Special: Jack Nicholson

1 juli 2011 08:41 | overig-tv-nieuws | Door Televizier

Met zijn imago van eeuwig grijnzende maniak heeft Jack Nicholson (74) het ver geschopt in Hollywood. Schuilt alleen daarin zijn kracht of is er meer? De VPRO zendt de komende weken, te beginnen met Easy Rider, zes films uit waarin ‘gekke Jack’ met zijn virtuoze spel en vele gezichten zelf het antwoord geeft op die vraag.


Tegen een bepaald imago kun je als wereldberoemd acteur moeilijk opboksen. De mensen plaatsen je voor het gemak graag in een hokje en verwachten dat je voor altijd blijft beantwoorden aan het beeld dat ze zich van je hebben gevormd. ‘Jack Nicholson? Oh, dat is toch die charmeur met dat duivelse lachje, die gek uit Batman en The Shining? Hoeveel jongere vrouwen heeft die wel niet versleten? Zitten zijn handjes nog steeds zo los?’ De ster had al vroeg in zijn indrukwekkende carrière door dat hij zich daar maar het beste bij kon neerleggen. „Ik heb het er zelf naar gemaakt en het heeft me de beste rollen opgeleverd die een acteur zich kan wensen”, zegt Jack, in 1969 doorgebroken als lichtelijk getikte advocaat in Easy Rider, en fameus door zijn virtuoze spel in een keur aan andere kwaliteitsfilms. Met andere woorden: „Waarom zou ik moeilijk doen over het beeld dat mensen van me hebben?” Uiteraard heeft Jack Nicholson veel meer in huis dan de eeuwige grijns en broeierige oogopslag die zijn handelsmerk zijn geworden. Maar het kostte hem altijd weer moeite om dat te bewijzen.

Zekere reputatie
"Ik moet steeds bij nul beginnen omdat ik Jack Nicholson ben", vertelde hij in een interview met Televizier. "Iedereen die een beetje aanleg heeft, kan onder leiding van een goede regisseur met succes een filmpersonage spelen. Maar als je een bekende kop hebt en een zekere reputatie, zoals ik, is het verrekt lastig om de kijkers ervan te overtuigen dat je iemand anders moet voorstellen. Ik moet me eerst ‘ont-Jacken’, me helemaal leegmaken en vergeten wie ik ben. Dan pas kan ik beginnen. Ik zit altijd met het probleem: hoe krijg ik ze in de bioscoop zo ver om te geloven dat ze niet naar Jack Nicholson kijken maar naar de persoon die ik speel?" Dat dit hem altijd weer glansrijk lukte, zegt genoeg over het acteertalent van de man die zijn carrière begon in de postkamer van filmmaatschappij MGM en debuteerde in lowbudgetthrillers van Roger Corman. Terwijl toch niet zelden het uiterste van zijn inlevingsvermogen werd gevergd. Hoe veelzijdig hij is en hoeveel verschillende gezichten hij tevoorschijn kan trekken, blijkt uit de zes Jack Nicholson-klassiekers die de VPRO uitzendt (zie kader). En dan staan Chinatown, One Flew Over the Cuckoo’s Nest, Terms of Endearment, A Few Good Men, Heartburn en As Good as It Gets nog niet eens op het programma.

Bijlzwaaiende maniak
Beroepskijkers roemen Jacks vermogen om extreme persoonlijkheidsveranderingen uit te beelden. Van kluizenaar tot romanticus (As Good as It Gets), van schrijver tot bijlzwaaiende maniak (The Shining), van mens tot weerwolf (Wolf): het oogt allemaal zo vanzelfsprekend als hij er zijn tanden in zet. Erik Spaans, recensent van HP/De Tijd, gooit het vooral op Jacks relaxte, zelfverzekerde houding en zijn veelzeggende blik. „Uit de manier waarop Nicholson kijkt, praat en loopt, blijkt dat hij alle facetten van het onthaasten tot in de puntjes beheerst”, schrijft hij. „We zullen hem niet zomaar op wilde gebaren, wapperende jaspanden of stemverheffing betrappen. Alvorens iets te zeggen, mag hij graag even een korte stilte laten vallen. De woorden verlaten zijn mond een fractie later dan je ze verwacht. Mede daardoor weet hij zich van onze aandacht verzekerd. Niet minder belangrijk is de zelfbewuste, sluwe blik in zijn ogen. Het is de blik van iemand die iets wéét. Iets dat wij nog niet weten en misschien wel nooit te weten zullen komen.”

Allemaal autobiografisch
Op z’n best is Jack volgens Erik Spaans wanneer hij ‘gemankeerde personages’ vertolkt, zoals in One Flew Over the Cuckoo’s Nest en As Good As it Gets. „Ergens achter de observerende, sluwe en beheerste verschijning blijkt zich dan een getroubleerde en onzekere man schuil te houden.” Zelf maakt Jack niet zoveel woorden vuil aan de reden van zijn enorme populariteit. „Ik ben altijd gewoon mezelf geweest, het is allemaal autobiografisch”, beweert hij. Zijn gloriedagen liggen intussen achter hem. De laatste tien jaar speelt de inmiddels 74-jarige acteur vooral rollen die bij zijn leeftijd passen en waar wat minder eer aan valt te behalen dan aan Chinatown of The Shining – met de Scorsese-thriller The Departed (2006) als weergaloze uitzondering. Maar Jack laat zich niet kisten; hij doet ook op zijn oude dag nog wat hij kan. „Zonder zonnebril ben ik dik en in de zeventig, mét zonnebril ben ik Jack Nicholson”, grapt hij. Zijn imago zal hij waarschijnlijk tot zijn laatste snik trouw blijven. Bij de première van The Bucket List, waarin hij gestalte geeft aan een levenslustige kankerpatiënt, liet hij de pers in 2008 weten ‘niet iemand van 35’ meer te kunnen spelen. „Maar ik wil wel laten zien dat mannen van een zekere leeftijd nog steeds aan seks doen”, voegde hij, vader van vijf kinderen uit vier relaties, er grijnzend aan toe. „Al hun kinderen moeten toch ergens vandaan zijn gekomen? Die mannen trekken heus nog weleens hun broek uit!”

Het EYE Film Instituut organiseert in juli en augustus in Amsterdam het Jack Nicholson Zomerfestival. Naar aanleiding daarvan brengt de VPRO, rond de klok van half twaalf ’s avonds op Nederland 2, zes klassiekers van ‘gekke Jack’ op het scherm. Het programma:

Easy Rider (vrijdag 1 juli) – Roadmovie van Dennis Hopper uit 1969. Jack als prettig gestoorde advocaat die twee motorrijders uit de brand helpt en met smaak zijn eerste joint rookt.

Five Easy Pieces (zaterdag 2 juli) – Drama van Bob Rafelson uit 1970. Jack werkt op een booreiland en leeft erop los, totdat zijn vriendin zwanger blijkt te zijn en zijn vader op sterven ligt.

The Shining (vrijdag 8 juli) – Thriller van Stanley Kubrick uit 1980. Jack slaat helemaal door als hij met vrouw en kind zijn intrek neemt in een spookhotel en de inspiratie voor zijn boek maar niet wil komen.

The Postman Always Rings Twice (zaterdag 9 juli) – Thriller van Bob Rafelson uit 1981. Jack zwerft rond en komt in een lunchroom terecht. Daar begint hij een onstuimige verhouding met de vrouw des huizes, die met zijn hulp haar man uit de weg wil ruimen.

About Schmidt (vrijdag 15 juli) – Tragikomedie van Alexander Payne uit 2002. Een met pensioen gestuurde verzekeringsagent raakt na de dood van zijn vrouw in een depressie, tot hij het leven opnieuw ontdekt.

The Pledge (zaterdag 16 juli) – Thriller van Sean Penn uit 2001. Jack als bijna gepensioneerde politieagent die nog één zaak wil oplossen: de raadselachtige moord op een meisje. Zijn speurtocht groeit uit tot een obsessie.

Meer over