Quote-hoofdredacteur Sander Schimmelpenninck klopt voor De opvolgers weer op de deur van Nederlandse familiebedrijven. Kan de oudere generatie gerust het stokje overdragen aan de kinderen? Sander heeft dit seizoen meer tijd genomen voor de familieverhoudingen.
De leukste kijktips
Het uur van de wolf: Eddie Murphy - Hollywood's...
Shaft
Tekst: Dominique Hofman
Lees ook:
Wat kunnen we verwachten van dit seizoen?
“Dit keer ga ik langs bij vier families: de kappersfamilie Peetoom uit Amsterdam, het gezin Lips van Beekse Bergen, de Volendammers Kras van het gelijknamige recyclingbedrijf en de Friese paardenfokkers Van de Lageweg. Dit jaar volg ik maar één familie per aflevering in plaats van twee. Ik ga dus meer de diepte in. Als je namelijk meer tijd voor de mensen neemt, krijg je ook meer te weten over de verhoudingen tussen vader, moeder en kinderen. Dat maakt het programma interessanter.”
Welke familie is je het meest bijgebleven?
“De familie Lips. De vader is heel dominant, maar tegelijkertijd is hij ook een lieve en zorgzame man. Die combinatie is best uniek. Ik vond het ook leuk om te zien dat in twee van de vier gevallen de dochter het bedrijf overneemt. Dat is ook best logisch. De oudere generatie bestaat altijd uit mannen. Zij moesten als straatvechters bluffen om hun plek te veroveren. Vrouwen daarentegen zijn beter in het managen van het bedrijf. Ze zijn empathischer en houden dus goed in de gaten of iedereen zich wel prettig voelt.”
Is er genoeg waardering voor ondernemers in Nederland?
“Veel ondernemers zijn laagopgeleid en deze groep krijgt nog altijd weinig erkenning. Terwijl ze juist heel belangrijk zijn. Want we willen allemaal een baan, we willen iets nuttigs doen met ons leven en daar hebben we bedrijven voor nodig. We moeten laagopgeleiden dus niet als minderwaardig zien, maar juist vertellen hoe leuk het is om bijvoorbeeld in een familiebedrijf te werken. Een verhaal over kansen pakken in je leven, ongeacht je opleiding. Daarom schrijf ik ook graag voor Quote. Dat gaat over succesvolle ondernemers die weinig van huis uit hebben meegekregen.”
