Anne-Mar Zwart presenteert ook de tweede reeks van Handen aan de Couveuse. Zelf zwanger volgde ze premature kindjes op de afdeling neonatologie van het Erasmus MC. ‘Zelfs als het zo misgaat, is er zoveel liefde en veerkracht.’
De leukste kijktips
Hunter Killer
Nationale Voorleeslunch met Wim Daniëls
Anne-Mar Zwart is nog met zwangerschapsverlof, haar dochter Flore werd hartje zomer geboren. De presentatrice geniet voluit van haar leven als kersverse moeder van twee. ‘Natuurlijk is het hectisch, de oudste is bijna vier en wil ook van alles. Het is echt multitasken en de dagen vliegen voorbij. Het is vooral heerlijk om te zien hoe dol onze zoon Fender is op zijn kleine zusje. Hij blijft maar kusjes geven.’
Hoe anders vergaat het de jonge ouders in het EO-programma Handen aan de Couveuse, waarvan op 25 september de tweede reeks start. Hierin volgt Anne-Mar het wel en wee op de afdeling neonatologie van het Erasmus MC. Ouders van veel te vroeggeboren baby’s leven hier tussen hoop en vrees. ‘Ik kom in heel precaire situaties terecht, maar probeer alles bespreekbaar te maken.’
Was je direct enthousiast toen je hoorde over het concept van Handen aan de Couveuse?
“Ik was direct nieuwsgierig naar hoe het eraan toe gaat op een afdeling neonatologie. Ik had geen idee, maar voelde dat dit een bijzondere plek is. Ouders, de pasgeboren baby’s, naaste familie en ziekenhuismedewerkers maken hier zoveel met elkaar mee. Het is een kleine, gesloten wereld waar je als buitenstaander normaal niet snel toegang toe hebt. Ik vind het heel mooi dat ik die nu kan laten zien. Het gaat hier niet om mij, maar om wat de mensen meemaken.
Deze rol past me perfect, ik ben niet de presentator, ik ben mens en maker. Ik blijf waar nodig op de achtergrond en laat me verwonderen. Ook stel ik alle vragen die in me opkomen. Door alles bespreekbaar te maken, probeer ik de zwaarte eruit te halen. Ik merk dat de ouders dit ook fijn vinden, want ze kunnen zich eenzaam en niet begrepen voelen door de buitenwereld. Dan is het fijner als iemand vragen stelt en er niet omheen draait.”
Waarom wil je dit programma maken?
“Ik wil laten zien hoe mensen overeind kunnen blijven als het zo tegenzit. Dat vind ik mooi, dat we blijkbaar zo gemaakt zijn dat we overeind blijven, ook als je totaal geen houvast meer hebt. Want dat is wat gebeurt met premature kindjes, er wordt nul perspectief geboden, puur omdat artsen ook niet weten hoe het verder zal gaan met zo’n baby’tje. Het kan nog zo goed gaan in de eerste weken, ineens kan het toch misgaan. Dat deze jonge ouders zich staande houden en genoeg hebben aan het kleinste strohalmpje, dat vind ik prachtig om te laten zien. Wat een liefde, daar word ik elke keer door geraakt. Zelfs als het misgaat, is er nog zoveel liefde en veerkracht.
Ook heb ik diep respect voor alle mensen die werken op de afdeling. Blijdschap, verlies, alles loopt hier door elkaar. Dat moet je mentaal ook maar zien te verwerken. Gemiddeld sterft er een baby per week op deze afdeling. Als er een kindje is gestorven, gaat er een lichtje branden op de gang. Zo weten alle medewerkers dat ze hier rekening mee moeten houden, uit respect voor het verlies. Dit soort dingen raakt me.”
Houd je met alle gezinnen contact?
“Ik volg alle kinderen die in het eerste seizoen te zien waren nog steeds. Met sommige ouders heb ik veel contact, andere volg ik bijvoorbeeld via Instagram of Facebook. Een aantal kinderen uit het vorige seizoen is dit jaar ook weer te zien. Fiene bijvoorbeeld, veel kijkers vroegen zich af hoe het nu met haar gaat. Fiene is een veel te vroeggeboren meisje, dat nu een ernstig syndroom blijkt te hebben. Ondanks alle hobbels gaan haar ouders zo relaxed en liefdevol met haar om en is het zo’n vrolijk kind. Heel ontroerend.”
Hoe was het voor jou om zoveel vroeggeboren baby’s te zien met zelf een baby in je buik?
“Ik nam mijn werk wel mee naar huis en leg maar eens uit thuis wat je hebt meegemaakt. Dat is moeilijk, helemaal in de hectiek van de dag. Vaak kwamen de tranen pas los als ik het voor de tweede keer in de montage zag.
De opnames startten toen we nog aan het nadenken waren over een tweede kind. Ik heb me in het begin wel heb laten afremmen door wat ik zag en meemaakte in het ziekenhuis. Toch is het goed te realiseren dat wat er op de afdeling neonatologie speelt, maar echt een klein percentage baby’s overkomt. Door veel gesprekken met vooral mijn partner, maar ook met vrienden en familie, voelde ik dat het mooi is om te kiezen voor het leven, in plaats van ons te laten beïnvloeden door angst. Ik bedacht ook dat, als er iets is met ons kind, we dit kunnen dragen. Onze relatie is goed, onze basis is stevig. Dat heeft ons over de streep geholpen.”
Kon je wel onbezorgd van je zwangerschap genieten?
“Onze oudste, Fender, is vijf weken te vroeg geboren. De kans dat een tweede kindje nog wat eerder zou komen, was aanwezig. Dat heeft me wel onzeker gemaakt. Ik had zoiets van: laat de baby er eerst maar zijn, daarna gaan we het pas vieren. Om die reden wilde ik ook geen babyshower. Natuurlijk waren we blij met elke goede echo en mijlpaal binnen de zwangerschap, maar ik heb nooit de onbevangenheid gehad die ik soms wel om me heen zie. Het was voor ons al niet vanzelfsprekend om zwanger te raken, we zijn bij beide kinderen door een fertiliteitstraject gegaan. Ik voel me hierdoor extra dankbaar voor onze twee gezonde kinderen.”
Wat doet het moederschap met je?
“Ik leer een diepere laag van liefde kennen, dit is een liefde die een gradatie verder gaat. Het heeft me verrijkt, ik ben milder en invoelender geworden. Ik vind dat we in een harde wereld leven, ik wil mijn kinderen graag mildheid meegeven. Er wordt zo snel geoordeeld, terwijl elke situatie twee kanten heeft. Je weet vaak niets van het leven van een ander, dus ik vind dat we niet direct een conclusie mogen trekken. Iets meer nuance zou de wereld mooier maken.”
Sta je te springen om straks na je zwangerschapsverlof weer aan de slag te gaan?
“Ja, ik heb er echt zin in, het begint weer te borrelen. Natuurlijk is het dubbel, omdat ik nu erg geniet van Flore en graag bij haar wil zijn. Zo’n verlofperiode is ook fijn, omdat ik even niet in de winkel, maar aan de winkel heb kunnen werken. Ik heb even met iets meer afstand naar mijn werkzaamheden kunnen kijken en erover kunnen nadenken. Ik zit nog steeds op mijn plek bij de EO, ik krijg de kans om mooie dingen te maken.
Ooit hoop ik mijn eigen documentaire van A tot Z zelf te maken, ook het camerawerk en de regie. Ik heb een eigen visie en ben ook een tikje eigenwijs. Dus iets helemaal op mijn eigen manier kunnen doen, lijkt me geweldig.”
Handen aan de Couveuse is vanaf 25 september iedere woensdag om 21:25 uur te zien bij EO op NPO 1.